Informatie over Early Neurological Stimulation (ENS)
Eary Neurological Stimulation ENS zijn 5 oefeningen die neurologische stimulaties produceren welke van nature niet in dit vroege stadium van het leven voorkomt. Belangrijk is dat je ze niet vaker dan 1 keer per dag en niet langer dan de stimulatietijd toepast. Overmatige stimulatie kan een nadelig effect hebben. De oefeningen beïnvloeden het neurologische systeem doordat deze stimulaties eerder voorkomen dan normaal, dit heeft als resultaat dat er een verhoogde capaciteit is die later kan bijdragen in het verschil in prestaties. Deze oefeningen zijn geen vervanging van andere socialisaties en oefeningen. De oefeningen worden uitgevoerd vanaf de puppies 3 dagen tot en met 16 dagen oud zijn.
De vijf voordelen van deze stimulatie die bij honden zijn waargenomen:
1. Verbeterde cardiovasculaire prestaties (hartslag)
2. Sterkere hartslag
3. Sterkere bijnieren
4. Stressbestendiger
5. Grotere weerstand tegen ziektes
Uit testen is gebleken dat puppies die gestimuleerd zijn met ENS actiever en meer verkennend zijn dan niet gestimuleerde puppies. Met probleemoplossende testen waarbij bijv. een doolhof met omleidingen is gebruikt, werden niet gestiumuleerde puppies extreem opgewonden, zeurden ze meer, en maakten ze veel fouten. Puppies die met ENS gestimuleerd waren, zijn minder gestoord of boos tijdens het testen en in vergelijking waren ze kalmer tijdens het testen, maakte ze minder fouten, en gaven ze slechts af en toe een geluidje als ze gestrest waren.
Hoe werkt het?
Van dag 3 t/m 16 pas je ENS toe. Dit doe je bij elke pup. Alle 5 handelingen achter elkaar max 3-5 seconden per handeling. Max 1 x per dag.
1. Tactiele stimulatie (tussen tenen)
2. Hoofd loodrecht houden
3. Hoofd naar beneden houden
4. Rugligging
5. Thermische stimulatie
1. Tactiele stimulatie:
Je houdt de pup in de hand vast en kietelt de puppy tussen de tenen op een willekeurige voet met een wattenstaafje.
De puppy hoeft het niet zichtbaar te voelen.
Stimulatietijd 3-5 seconden.
2. Hoofd loodrecht houden:
Je houdt de pup met beide handen in rechte positie met de pootjes steunend op je hand, dit zodat het hoofd loodrecht boven de staart staat.
3. Hoofd naar beneden houden:
Je houdt de pup stevig met beide handen ondersteboven vast.
4. Rugligging:
Je houdt de pup met twee handen vast zodat hij op zijn rug ligt, met de snuit naar plafond gericht. De rug rust op beide handpalmen.
5. Thermische stimulatie:
Gebruik een vochtige handdoek die tenminste 5 minuten in de koelkast heeft gelegen.